Nood prothese / immediaat prothese bij een totaalextractie
U bent door de tandarts of huisarts doorverwezen naar de kaakchirurg voor het verwijderen van al uw tanden en kiezen en het plaatsen van een gebitsprothese (immediaat-prothese). Een immediaat-prothese is een gebitsprothese die onmiddellijk wordt geplaatst na het trekken van de tanden en kiezen. De prothese vervangt dus direct de verwijderde tanden en kiezen. Het is misschien een vreemd idee dat u een gebitsprothese krijgt over de verse wonden in uw mond. Maar u zult merken dat de gebitsprothese als een soort verband op de wonden zit.
HET MAKEN VAN DE GEBITSPROTHESE
Omdat u een gebitsprothese krijgt, moeten al uw tanden en kiezen worden getrokken. Voordat uw tanden worden getrokken, maakt de tandarts of een tandprotheticus (tandtechnicus gespecialiseerd in kunstgebitten) afdrukken van uw gebit. Op basis van deze afdrukken maakt het tandtechnisch laboratorium een gebitsprothese. Als die klaar is, kunt u deze ophalen bij de tandarts of tandprotheticus.
HET VERWIJDEREN VAN DE TANDEN EN KIEZEN
Voordat u gebruik kunt maken van de gebitsprothese verwijdert de kaakchirurg uw tanden en kiezen. Dit gebeurt op onze polikliniek kaakchirurgie. Mogelijk kunnen uw tanden en kiezen niet in één keer worden getrokken. U moet dan nog een keer terugkomen op de polikliniek. Het is belangrijk dat u uw gebitsprothese meebrengt als uw tanden worden verwijderd. De kaakchirurg kan dan namelijk meteen uw gebitsprothese plaatsen.
INTAKE
Bij uw eerste bezoek aan de polikliniek wordt een overzichtsfoto van uw kaak gemaakt en krijgt u een intake gesprek met de kaakchirurg. Vervolgens wordt een afspraak gemaakt voor uw behandeling. Soms kan diezelfde dag nog de behandeling worden uitgevoerd.
BEHANDELING
De polikliniekassistente brengt u naar de behandelkamer waar u plaats neemt in de behandelstoel. U krijgt plaatselijke verdoving. Vervolgens legt de assistente steriele doeken over u heen, zodat de kaakchirurg zo schoon mogelijk kan werken. Tijdens de behandeling voelt u geen pijn. U merkt wel dat er flink tegen de kaak geduwd wordt. Als u toch pijn voelt, moet u dit duidelijk maken aan de kaakchirurg. U krijgt dan extra verdoving. Als er sprake is van extreme angst is het ook mogelijk om de behandeling onder algehele narcose te laten uitvoeren.
De wonden in de mond worden meestal gehecht met oplosbare hechtingen. Deze laten na ongeveer één à twee weken vanzelf los. Als u eerder last van de hechtingen krijgt, kunt u contact opnemen met uw tandarts of kaakchirurg.
De gebitsprothese wordt meteen nadat de laatste tanden en kiezen zijn getrokken in de mond geplaatst.
PIJNSTILLERS EN SPOELMIDDEL
Neem een uur na de behandeling pijnstillers, bijvoorbeeld een of twee tabletten Paracetamol. Het is ook mogelijk dat de kaakchirurg u een recept voor een andere pijnstiller meegeeft. De dag na de ingreep moet u ook starten met het voorgeschreven spoelmiddel.
NABLOEDEN
De eerste uren na het trekken van de tanden kunnen de wonden nog nabloeden. Hierdoor kan uw speeksel rood kleuren. Het bloeden houdt vrij snel op en uw speeksel krijgt weer de normale kleur. Dit betekent niet dat de wonden al helemaal zijn genezen.
Omdat de wonden nog niet helemaal dicht zijn, mag u de eerste 24 uur uw mond niet spoelen. In deze periode vormen zich bloedstolsels in de wonden. Wanneer u uw mond zou spoelen, laten deze bloedstolsels los en begint het bloeden opnieuw. U kunt wel gewoon drinken, maar gebruik niet te hete of te koude dranken.
Sommige pijnstillers kunnen het bloeden juist verergeren. U wordt daarom geadviseerd de pijnstiller te gebruiken die uw tandarts of de kaakchirurg heeft aanbevolen.
Er is een kleine kans dat, ondanks de voorzorgsmaatregelen, het bloeden na enkele uren niet overgaat. Neem in dat geval contact op met uw eigen tandarts of de polikliniek kaakchiruirgie. Ook als de pijn na enkele dagen niet verminderd, kunt u met de tandarts of polikliniek kaakchirurgie contact opnemen.
DE NIEUWE GEBITSPROTHESE
De nieuwe gebitsprothese zit de eerste dag waarschijnlijk niet meteen lekker. Hij kan klemmen en soms pijn veroorzaken. Toch mag u de prothese niet uit de mond halen. U trekt dan uw wonden in de mond weer open. Ook gaat uw tandvlees zwellen, zodat uw gebitsprothese niet meer goed in de mond zal passen.
U mag pas na 24 uur de prothese uit uw mond doen. Afhankelijk van wat u hebt afgesproken, doet uw tandarts dit of doet u het zelf. Wees voorzichtig met de wonden als u zelf de prothese verwijdert. Spoel het kunstgebit af en borstel het schoon met een protheseborstel.
U kunt de wonden reinigen door voorzichtig uw mond te spoelen met lauw zout water. Om de zoutoplossing te maken, neemt u een glas/kopje water. Los hierin een theelepel keukenzout op.
U kunt uw mond ook verzorgen met een mondspoelmiddel (Perio-Aid® of Chloorhexidine). Deze middelen zijn bij de apotheek of drogist verkrijgbaar en worden door ons voorgeschreven. Spoel uw mond gedurende twee minuten. Slik de Perio-Aid niet in, maar spuug het uit! Het is namelijk een ontsmettingsmiddel en geen medicijn. Spoel uw mond niet na met water, zodat de Perio-Aid langer kan inwerken.
Door regelmatig te spoelen, blijft uw mond schoon en wordt het genezingsproces bevorderd. Na enkele dagen beginnen de wonden te genezen en gaat de pijn verdwijnen.
WENNEN AAN UW GEBITSPROTHESE
De eerste dagen went u langzaam aan de gebitsprothese. Gewenning kost tijd en verschilt per persoon. Met een gebitsprothese voelt veel anders aan, u ziet er anders uit en u praat misschien ook anders dan u gewend bent. Het lijkt alsof u met een volle mond praat. U kunt sneller wennen aan het praten met een nieuwe gebitsprothese als u bijvoorbeeld de krant hardop leest.
Als u veel moeite hebt met de gebitsprothese of er niet aan kunt wennen, vraag dan uw tandarts om advies.
Het zal wennen zijn om met de nieuwe gebitsprothese te eten. Zeker in het begin zult u voorzichtig aan doen. U ervaart zelf het beste wat wel en wat niet kan. Neem de eerste dagen zacht voedsel zoals puree, gehakt en zacht fruit. Probeer enkele dagen daarna een stukje vis en een aardappel. Weer wat later kunt u steviger voedsel eten zoals vlees of een appel. Stukken afbijten kunt u met een kunstgebit beter niet doen. U kunt het voedsel in kleine stukjes snijden. Neem aan beide zijden, dus links en rechts, een stukje voedsel in de mond en kauw rustig en gelijkmatig met de nieuwe kunstkiezen. Neem ook wat meer tijd om te eten dan u voor uw gebitsprothese gewend was te doen.
Het is mogelijk dat u tijdelijk wat meer of minder speeksel produceert. Dit herstelt na verloop van tijd. Ook de smaak kan veranderen.
Maak minstens een keer per dag de mond schoon: masseer het slijmvlies van de kaken, het gehemelte en de overgang van de kaak naar de wang met een zachte tandenborstel en een fluoride tandpasta. Dit voorkomt dat er vervelende ontstekingen kunnen ontstaan.
ONDERHOUD GEBITSPROTHESE
Bewaar de gebitsprothese in een bakje met water, ververs iedere dag het water. De gebitsprothese maakt u dagelijks schoon met gewone zeep en een protheseborstel of een nagelborstel.
Tandpasta en reinigingstabletten zijn zeer slecht voor het behoud van de gebitsprothese. Gebruik daarom deze producten niet voor de schoonmaak van uw gebitsprothese. Eén keer per week legt u de gebitsprothese ’s nachts in huishoudazijn of met water verdunde schoonmaakazijn. Daarna borstelt u hem af onder stromend water. Om vallen en daardoor breken van de gebitsprothese te voorkomen, kunt u het beste zorgen voor een zachte ondergrond of een met water gevulde wasbak.
CONTROLE
Het is normaal dat onder de gebitsprothese drukplekken ontstaan. Om het gebit weer passend te krijgen moet de gebitsprothese afgeslepen worden. Het is mogelijk dat u in de toekomst vaker last krijgt van drukplekjes. U kunt dan de gebitsprothese uitdoen en een telefonische afspraak maken met uw tandarts/tandprotheticus om het probleem te laten verhelpen.
U moet wel 24 uur vóór uw afspraak de gebitsprothese inhouden. De tandarts kan anders niet precies zien waar de drukplaatsen zijn. Ga nooit zelf aan de gebitsprothese vijlen of slijpen! Hierdoor kan de pasvorm niet meer worden hersteld!
Meestal wordt na 6 maanden tot 1 jaar, omdat de kaken dan pas zijn hersteld, een nieuwe gebitsprothese gemaakt. Het heeft geen zin om eerder een nieuwe gebitsprothese te maken. Mocht het nodig zijn, dan wordt tussentijds de oude gebitsprothese gerebased. Dit houdt in dat de tandarts/tandtechnicus een nieuw laagje in de oude gebitsprothese aanbrengt.
Het is aan te raden om, in overleg met uw eigen tandarts, minimaal eenmaal per twee jaar terug te komen voor controle. Door een tijdige controle kunt u eventuele problemen met de gebitsprothese, zoals pijn of loszitten, voorkomen.
Ook moet u de tandarts voor de periodieke controle blijven bezoeken. Na verloop van tijd gaan uw kaken namelijk ongemerkt slinken waardoor de gebitsprothese niet meer goed past. Uw behandelaar kan de gebitsprothese weer goed passend maken of hij kan u op tijd aanraden een nieuwe gebitsprothese te nemen (meestal na ± tien jaar).
Bovendien controleert hij of uw mond nog gezond is. Vooral een gebitsprothese die al jarenlang gedragen wordt of slecht past, kan voor vervelende mondafwijkingen zorgen.
KLIKGEBIT / KUNSTGEBIT OP IMPLANTATEN
Een klikgebit is een gebitsprothese dat kan worden vastgedrukt op drukknoppen of op een steg (een verbindingsstaafje) die op hun beurt weer vastzitten aan de implantaten. Op het moment dat geen eigen tanden meer heeft zal kaakbot beginnen te slinken. Hierdoor kan het kunstgebit zijn houvast verliezen. Een niet goed passend en loszittend kunstgebit kan zowel esthetische als functionele problemen opleveren. Het kan daarnaast ook pijnlijke plekken op het tandvlees veroorzaken. Een zogenaamd klikgebit op implantaten (ook wel overkappingsprothese genoemd) kan dan een oplossing zijn.